za 22 juli: trekking Breiðavík – Bakkagerdi, Egilsstadir

We worden wakker met zon! De bergen zijn nog enigszins gehuld in de mist, maar de zon werkt keihard om ons de omgeving te kunnen laten zien. Ik ben buiten gaan staan om te kijken hoe snel het zicht verandert. Betoverend! De vogels hoor je weer veel harder. Door de mist wordt het geluid van de vogels gedempt. Het zit er alweer bijna op, vandaag is het laatste gedeelte van de huttentocht. Het is een hele mooie wandeling door de bergen naar Bakkagerdi. Ik baal ervan dat ik niet mee kan, maar dat is niet anders. Julius en Isis zijn wel een beetje klaar met wandelen, maar Robbert, Stijn en Felix hebben er juist heel veel zin in. We proberen de anderen nog wel over te halen, maar ze hebben echt geen zin. Het is vakantie en ze hebben al best heel veel gelopen, dus blijven ze samen met mij nog wat langer bij de hut terwijl de anderen al beginnen aan hun wandeling. Wij lopen met z’n drieën nog een keer naar het strand. De combinatie van het zwarte zand, de witte branding en de blauwe lucht is prachtig en verdrijft een beetje het gemis van de echte wandeling die ik zelf niet hebben kunnen doen.

De kinderen vinden het wel fijn om weer naar de bewoonde wereld te gaan. De wifi hebben ze toch wel gemist. Het is gewoon een andere generatie. De weg terug naar Bakkagerdi is weer in de categorie uitdagend… Ik moet me goed concentreren op de weg. Best lastig als het uitzicht zo adembenemend mooi is. Stiekem ben ik wel een beetje opgelucht als we aan de andere kant zijn aangekomen. Een groot gedeelte kun je echt alleen in je eerste versnelling doen en gaat steil omhoog en kort de bocht om en in IJsland zijn er dan echt geen vangrails in de bocht, haha. De Defender reageert ongelooflijk direct, dus dat is voor dit soort kapriolen echt fantastisch. Aan de andere kant is bijna beneden een heel klein openluchtmuseumpje. Drie jaar geleden waar we er ook al even, toen met weinig uitzicht, nu met verpletterend uitzicht. We besluiten eerst even naar de papegaaiduikersrots te gaan die ook in Bakkagerdi is. Als ik uit de auto stap check ik even mijn telefoon en wat blijkt, Robbert heeft een minuut geleden gebeld. Ik krijg hem niet meteen te pakken, maar het leuke is dat zij ons hebben zien rijden en op vijf minuten afstand zijn. Onze aankomst valt dus zo goed als gelijk. Grappig, dat was eigenlijk geen opzet. Zij hebben de wandeling veel sneller gedaan dan ze gedacht hadden. Ik wil toch nog even naar de rots en paar foto’s maken. Als ik er nu toch ben…

De tocht van Robbert, Stijn en Felix was er één van superlatieven. Robbert vertelt: We hebben enorm mooie uitzichten gehad onderweg. In het begin konden we lang achteromkijken naar de baai van Breidavík en de hut zien. Recht naar het noorden lopen we over een langzaam stijgende groene vlakte, steeds hoger totdat we over de pas aan onze linkerkant een groot stel basaltrotsen zien, die doen denken aan de rotsen in Hljödaklettur. Het grappige is dat deze ook Kerling heten en inderdaad wel een beetje op mensenfiguren lijken. Kilometers ver naar het oosten kunnen we kijken, helemaal langs de Kjólsvikurá naar de baai Kjólsvík. Prachtige groene velden, blauwe luchten, de diepblauwe zee, geelgroene bergen, af en toe rode bergwanden, eigenlijk onbeschrijflijk mooie levende schilderijen. En we komen niemand maar dan ook niemand tegen, geen mens te bekennen in dit onmetelijke landschap. We houden kort pauze om te drinken en een koek te eten, brandstof voor het volgende stuk van onze tocht.

Als we, weer op pad, onder de Vididalsfjall lopen, valt er ineens dunne en frisse bewolking over ons heen. In een ver hoekje zien we echter weer de zon en de blauwe lucht en als we de witte (niet wit van de sneeuw, maar van de witte stenen…) pas over zijn, opent zich de hemel en kijken we naar het noordoosten de Hvalvík in en naar het noorden de Brúnavík, ons volgende doel, in. De noodhut in Brúnavík is een baken voor veel wandelaars die een dagje komen lopen vanuit Bakkagerdi, maar wij komen vanuit het zuiden en willen daar ons brood eten en even rusten. De hut is vanaf onze kant onzichtbaar, dus volgen we de goed aangegeven paden en lopen langs meertjes en basaltrotsen die deze meertjes vaak afbakenen. De bergen torenen hoog boven ons uit, zeker als we steeds verder dalen. Bij het strand aangekomen, zien we de hut nog steeds niet, dus lopen we een stukje verder, totdat het kleine rode hutje om een heuvel tevoorschijn komt. Nadat we geluncht hebben, wordt uiteraard de hut geïnspecteerd. De tijd heeft stilgestaan hier, er hangt een poster van Bow Wow Wow aan de muur, een bandje dat 35 jaar geleden bekend was, en er staat sinaasappelsap waarvan de houdbaarheidsdatum op 7 januari 1982 al verlopen was.

Als we de hut weer sluiten, komen er ineens wandelaars naar beneden over het steile pad waar wij over naar boven moeten. We besluiten na de welverdiende pauze weer verder te gaan om over de Brúnavíkurskard door te lopen naar Borgarfjördur, waar Bakkagerdi in ligt. Het is echt een steile klim, maar we halen het. Ik voel me als mijn vader zich ruim 30 jaar geleden gevoeld moet hebben, toen ik hem ver achter me liet in de Alpen. Nu word ik voorbijgelopen, eigenlijk bijna voorbijgerend, door mijn jonge jongens, die de steilte en de al afgelegde afstand van eerder op de dag niet lijken te voelen. Op de flanken van de Geitfell staan veel schapen en Stijn probeert een mekkerconversatie met hun op te zette. Hij blert en grappig genoeg is er een schaap bij dat steeds antwoord. We hebben er veel lol om en ik kan even op adem komen, haha. We lopen nog een stukje door en dan kijken we uit over Borgarfjördur. Ik kijk op mijn telefoon en we hebben weer bereik, dus zoals afgesproken bel ik Barbara om door te geven dat we er bijna zijn. Terwijl ik haar voicemail inspreek zien we diep onder ons vanuit de richting van het dorpje een Defender rijden. De verrekijker helpt, we zien dat het Barbara is, dus we staan te zwaaien en weten zeker dat zij ons ook zien. Maar gek genoeg rijdt de auto door naar de vogelrots, terwijl wij nog een stukje naar beneden lopen in de volle zon. Gelukkig komt de auto snel weer terug en kunnen we voldaan terugkijken op een onvergetelijke wandeltocht van 13km door de bergen.

In het Álfa Café drinken we buiten nog wat. Het is een super zomerdag, iedereen is buiten in Bakkagerdi. Mensen liggen in hun tuin te zonnen en genieten van het fantastische weer. Ook dat is IJsland.

Rond 16.00 uur rijden we naar ons vertrouwde huisje aan het meer van Egilsstadir. De kinderen gaan alvast douchen, terwijl Robbert en ik de spullen gaan ophalen bij het Guesthouse en een paar boodschapjes doen. Als beloning gaan we uit eten en vallen, terug in ons huisje, diep in slaap na een bijzonder wandel- en Defenderavontuur.

 

2 gedachten over “za 22 juli: trekking Breiðavík – Bakkagerdi, Egilsstadir”

    1. Na de avonturen was het de afgelopen dagen even uitrusten genieten van het buitengewoon mooie weer. Nu zijn we een nachte in een luxe hotel neergestreken. Daarover vanavond of morgenochtend meer. Liefs Bar

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *